donderdag, oktober 18, 2007

UITVOERING


Het is de nachtmerrie van elke musicus: tijdens een uitvoering breekt een snaar. Je hebt alles zorgvuldig voorbereid: de partituur uitgebreid bestudeerd, talloze malen geoefend, de zaal bekeken, je instrument gestemd, het programma doorgenomen en op tijd naar bed gegaan. En dan toch, net in het moeilijkste gedeelte, op een moment dat het even iets stroever loopt dan je wenst, gebeurt het onvermijdelijke; een snaar breekt. Een onmogelijk moment, want je wilde net die volgende passage gebruiken om weer lekker in je ritme te komen.
     Het liefst zak je door de grond, maar alle ogen zijn op jou gericht. Je moet verder, maar de fout verdoezelen lukt niet. Je probeert jezelf te herpakken, terwijl tegelijkertijd treed je als het ware uit jezelf en zie je jezelf stuntelen. Allemaal fracties van seconden, die uren lijken te duren.
     Strompelend pak je de draad weer op. Je wilt toch nog vlotjes de finish halen, ook al is het een beroerde eindtijd. Gelukkig heb je ook geleerd je kruit niet aan het begin geheel te verschieten en gelijkelijk over de uitvoering te verdelen. De geplande uitsmijter helpt je over de uitglijder heen te komen in plaats van strompelend de finish te bereiken. Het vervelende gevoel blijft, maar hartverwarmend is de reactie van andere musici en sporters die het gevoel zelf zo goed kennen. Volop getraind en toch gestruind. Ze weten jouw gevoelige snaar te raken waardoor je toch weer de draad oppakt. Dat ultieme gevoel blijft trekken: ooit zal de uitvoering perfect zijn.