woensdag, september 14, 2005

COLUMNIST


Het periodiek opschrijven van je gedachten is niet alleen leuk, het dwingt je ook om je eigen hersenspinsels scherp en duidelijk te formuleren. De inspiratie voor columns komt vaak uit alledaagse belevenissen, waardoor de lezer een inkijkje krijgt in het leven van de columnist. Gelukkig bepaalt de schrijver zelf wat hij of zij deelt, wat soms tot bijzondere situaties kan leiden, zeker bij de publieke figuren.
     Zo schreef ik eens dat ik 's avonds na het badmintonnen graag een pilsje pak in een café. Niets bijzonders, maar toen Youp van ’t Hek na een theatervoorstelling, in datzelfde café verliefd werd op een 'kunstgrastrut' (zijn jargon voor hockeydames) zorgde dat voor flink wat roddels. Rond de Bredase hockeyvelden werden alle in- en outs van deze relatie worden besproken, ‘ja,ja’ denken ze terwijl Youp in zijn wekelijkse column weer eens uitvalt over de kakmadammen van de hockey. Hij smult er wel zelf van. De Privé greep dit royalty-achtige nieuwtje aan om hem terug te pakken op het verschil tussen de cabaretier en de persoon Youp.
     Het lijkt alsof het publiek steeds minder verschil accepteert tussen denken, zeggen en doen. Daar kunnen politici over mee praten. Publieke figuren worden genadeloos daarvoor afgestraft. Toch blijft creativiteit in woord en geschrift iets anders dan een simpel dagboek. Fictie en werkelijkheid lopen nu eenmaal door elkaar. Ik blijf pilsjes in mijn café drinken, en bepaal lekker zelf hoe gedetailleerd ik die ervaringen deel in mijn columns. Aan de lezer is het om daar zijn eigen interpretatie aan te geven.