Ruim 100.000 mensen hebben al gekeken naar de tragikomische verfilming van het gelijknamige toneelstuk, geschreven door Maria Goos. Cloaca, wat letterlijk een riool of het uiteinde van het darmkanaal bij dieren betekent, is een oude begroetingskreet tussen vier vrienden. De vroegere studievrienden komen door omstandigheden weer even bij elkaar en proberen wanhopig de oude vriendschap nieuw leven in te blazen. De een zit midden in een huwelijkscrisis, de ander heeft grote problemen op zijn werk, de derde is een cocaïneverslaafde topadvocaat, en de vierde staat op het punt de première van zijn nieuwe theaterstuk te beleven. De oude vriendschap spat uiteen wanneer ze elkaar laten vallen als bakstenen en ieder voor zijn eigen belang kiest.
Je krabt wel even achter de oren wanneer al je vrienden en vriendinnen (eind 40, begin 50) de film herkenbaar en vermakelijk vinden, terwijl je vervolgens een negatieve recensie leest. De recensente, een vrouw van een jaar of 25, kan zich maar moeilijk voorstellen wat een midlifecrisis betekent voor de mannen in de film. “De oude vriendschappen, die even herleven en dan vervagen als een droom, daar kan ik me niet echt mee identificeren. Daar moet je waarschijnlijk iets ouder voor zijn...”
Dan dringt het echt tot je door dat je ouder wordt en misschien niet meer helemaal begrepen wordt door het jonge, dynamische deel van de samenleving. Toch is het een mooie leeftijd om te zien hoe je leeftijdsgenoten allemaal worstelen met die omslag in hun leven.
Ook in de televisie-interviews van Paul Rosenmöller zie je die verschuiving in interesses bij zijn gesprekspartners. Plotseling is er meer aandacht voor immateriële zaken en minder voor het materiële. En zolang je vrouw en haar vriendinnen de hoofdrolspelers nog steeds aantrekkelijke mannen vinden, valt dat ouder worden eigenlijk nog best mee.