donderdag, augustus 27, 2009

NEST


Op een zonnige zondagmiddag in augustus rollen de jeu de boules ballen glanzend over de banen op het Vrijthof. Maastricht straalt; bewoners en toeristen genieten op volle terrassen van het luxe Bourgondische zuidelijk karakter van de stad. Iets terug in de historie, ruim 25 jaar geleden, was het op mijn vouwfietsje nog behelpen om van het station naar mijn werkgever in het hoger gelegen Annadal te komen. Huizen en straten waren slecht onderhouden, de Limburgse economie lag op zijn gat en de gloednieuwe universiteit zat in een klooster en nog wat andere deels vervallen panden. Limburg verwerkte het syndroom van de sluitende mijnen.

     Onze studerende kinderen zitten op kamers of op kot. Kamerverhuur is nog deels een kwestie van nazaten van huisjesmelkers. Het is stoeien om een kamer te krijgen, sleutelgeld is nog niet geheel verdwenen, de borg is hoog en de afspraken om de onvolkomenheden te verhelpen geschieden nog steeds “manjana”. Eén van onze oudere dochters moet nog steeds een deel van de borg van haar vorige kamer terug zien te krijgen. Met een sterk geheugen en zonder internet, lepelt haar oma feilloos in een fractie van een seconde de achtergrond van de verhuurster op, een telg uit een familie vol met huisjesmelkers, terugvorderen wordt een flinke klus. Een kwestie van historische kennis.

     Het syndroom van de mijnsluitingen waar Limburg ooit mee worstelde is in Maastricht alweer lang verwerkt, het Vrijthof is autovrij, de RL heet Universiteit Maastricht, de stad is booming. We zijn diverse EU-toppen in Maastricht verder, de hotels zijn van een buitenlandse luxe. Zelf zijn we van een stelletje in die jaren flink uitgegroeid tot een gezin met 4 kids. Mijn jongste dochter heeft ruim voor de start van het introductieprogramma al een kamer in Maastricht gevonden. Op het terrasje op het Vrijthof nemen we afscheid van de jongste, de laatste vliegt het nest uit. De start van een voor haar belangrijke groeifase, het nest blijft leeg achter, het historisch besef dat blijft. Onze dochter straalt, voor ons kan de verwerking van het lege nest syndroom beginnen.

donderdag, augustus 06, 2009

BOCELLI













Uitgezonderd de toeristische hotspots en de stranden is het in Toscane opvallend rustig en dat is echt genieten. ’s Avonds op het dorpspleintje van het gehucht Lajatico, gelegen op de heuvel tegenover ons vakantieverblijf, verzamelen ’s zich in alle rust de lokale ouders met hun kinderen. Overdag werken ze bij de plaatselijk bank, maar ’s avonds heerst hier een ontspannen sfeer.

    Elk jaar geeft operazanger Andrea Bocelli hier, in het Teatro del Silenzio, een openluchtconcert. Lajatico is zijn geboortedorp. Midden op het open veld luisteren 25.000 mensen naar zijn prachtige volle stem. Alles is perfect geregeld, jammer genoeg blijft de zanger in de mensenmenigte op grote afstand. ’s Ochtends repeteerde hij nog in het piepkleine filmzaaltje van het dorp, de deuren stonden wagenwijd open, je kon zo binnenlopen. Mijn vrouw en dochters kregen bij toeval een privé concertje zoveel indrukwekkender dan het grote concert.

     In het nabijgelegen gelegen Florence veroorzaken de prachtigste scheppingen van de 15e en 16e eeuw dagelijks hectische taferelen. Daarvan teruggekeerd is het land weer voor het grootste deel verlaten. Het leven verloopt wederom soepel, de trein schuift minuten te vroeg langs het perron, treinpersoneel drinkt nog een cappuccino, reizigers stappen rustig in en uit en toch vertrekt de trein precies volgens schema. Je zou bijna vergeten dat wereldwijd een Mexicaanse grieppandemie heerst. Er wordt zelfs overwogen om de schoolvakantie te verlengen om besmetting te voorkomen, bedrijven te stimuleren thuis te werken en video conferencing toe te passen. Als we daarmee nog langer van Toscane kunnen genieten is dat geen straf.