maandag, oktober 01, 2001

HET SPEL IS OVER


Het politieke landschap is flink omgeploegd, vooral voorafgaand aan de verkiezingen in mei. Ook in de ziekenhuiswereld leek er na de verkiezingen een nieuwe wind te gaan waaien. Het starre, autoritaire Noord-Korea denken en handelen leek plaats te maken voor meer ondernemerschap. Minister Bomhoff durfde in ieder geval wel te zagen aan de stoelen van het gezondheidszorg establishment, maar zijn solistische aanpak – waarbij hij zijn eigen teamleden bekritiseerde – maakte hem ongeschikt als minister.
     Als directie hebben we de kans om een uurtje of drie te dineren met de kortst zittende vicepremier. De setting was typisch Hollands: een grote rivier, een pontje, een historisch hotel-restaurant 'Belvedère', en oudere stelletjes aan tafeltjes met een mooi persje erop, Schoonhoven. Het voelde zowel vertrouwd als onwerkelijk. Wat konden we verwachten? Een snelle hap of een uitgebreid diner? Het werd het laatste. Tijdens het samenzijn werd de minister meerdere keren gebeld op zijn mobiel; de minister-president wilde nog even overleggen over de toespraak bij het overlijden van prins Claus.

     De centrale vraag was hoe we beweging konden krijgen in de sector. Men was onder de indruk van de vele innovaties in ons ziekenhuis, maar hoe kon de minister dat ook elders van de grond krijgen? De minister bleek een liefhebber van toetjes en genoot ervan anderen van desserts te zien genieten. Wij kozen voor koffie. Na afloop spraken we met de twee andere ziekenhuisdirecteuren, terwijl de lichtjes van de pont fonkelden op de rivier. Zouden we hier gezeten hebben als Claus niet was gestorven? We betwijfelden of de minister nog lang zal blijven zitten. Terugrijdend door het Hollands landschap voelde het alsof we deel uitmaakten van een toneelstuk genaamd De landspolitiek. Alleen paste de hoofdrolspeler niet helemaal in het stuk. Politiek bedrijven is een vak en goedbedoelende amateurs gaan dan onderuit.
     Helaas ligt alles voor een lange tijd stil, eerst komen verkiezingen in januari, gevolgd door een lange formatieperiode en het inwerken van een nieuwe minister.

zondag, juli 01, 2001

SURFEN OF FLANEREN

Zou er verband bestaan tussen bewegen op straat en op de digitale snelweg? In Londen zie je bijvoorbeeld hoe de hectiek van de zakenwereld - snel scrollen en klikken- van website naar website) zich vertaalt naar het straatbeeld: klerken bewegen zich in een snelwandeltempo door de City, atletisch en soepel om elkaar heen manoeuvrerend. Ook het bewegen door Rotterdam lijkt als surfen op het internet: vluchtig, snel en zonder stil te staan. Oogcontact wordt vermeden; langs elkaar kijken is de norm. Interactiviteit, die juist zo’n meerwaarde biedt op internet, lijkt krampachtig afwezig,

     In contract beschrijft White in zijn boek Flaneu" hoe Parijzenaars zich door het leven bewegen; rustig flaneren, bekijken en bekeken worden, de tijd nemen om de omgeving op te snuiven en simpelweg te genieten van het zijn. Naarmate je verder naar het zuiden komt, lijkt deze behoefte aan flaneren toe te nemen. Het zou me niet verbazen wanneer de Latijnse landen zich ook veel interactiever over de digitale snelweg bewegen.
     Zou flaneren in Rotterdam mogelijk zijn? Het zou mooi zijn voor zowel de stad als het gebruik van internet. Voorlopig moeten we echter genoegen nemen met incidentele momenten, zoals tijdens het zomercarnaval.

 

 

zondag, april 01, 2001

KIJKEN OF ZIEN

De afgelopen decennia gaat het goed met de economie en dat lijkt zo z'n effecten te hebben op ons maatschappelijk leven. We leven er makkelijker op los en plannen tijdens de ene vakantie al de volgende. Gewoon thuisblijven en genieten van wat je directe omgeving te bieden heeft, gebeurt nog maar zelden. Toch zijn het juist op de moeilijke momenten vaak de buren, vrienden, kennissen en zelfs vage buurtgenoten die bijspringen. Dan wordt duidelijk dat de meeste van ons prachtig kunnen leven in een betrekkelijk kleine sociale cirkel. Dan ziet je pas hoe waardevol die omgeving voor je is. Zoals Theodore Roethke treffend stelde: " In donkere tijden begint het oog te zien".
     In de huidige tijd van overvloed lijkt het besef soms verloren te gaan; het leven wordt gereduceerd tot consumptie. Een variant op Roethke’s uitspraak zou kunnen zijn: “In goede tijden ziet het oog minder”. De aanslagen van 11 september 2001 leken de ogen van de wereld even te openen. Zouden we iedere keer weer donkere tijden nodig hebben om niet alleen te kijken, maar ook echt te zien?

maandag, januari 01, 2001

FF, W8EN


De komst van mobiele telefoons heeft ook onze taal drastisch veranderd. Vroeger schreven we nog gewoon voluit ‘eventjes wachten’. Met mobiele telefoons kunnen we korte tekstberichten versturen en lezen op een moment dat het de ontvanger uitkomt. Deze sms-berichtjes zijn een rage geworden onder jongeren. Vooral op vakantie in het buitenland is een sms’je goedkoop en efficiënt. Met afkortingen kun je veel zeggen met weinig woorden. Het past perfect in onze snelle communicatiewereld.

     Ook op vakantie blijven we vrolijk mailen en chatten. MSN staat niet stil; kinderen MSN’en alsof het de normaalste zaak van de wereld is, met vriendjes op vakantie in Dishoek, Maleisië en Zweden. Die snelle en makkelijke communicatiemiddelen maken ons ook wat slordiger in ons taalgebruik. We nemen niet meer de tijd om zinnen goed te lezen. Alles gaat vluchtig.

     Neem bijvoorbeeld het vakantiecadeautje op mijn werk: een sleutelkoord. Het doel was kort en bondig beschreven in het personeelsblaadje. Gewoon een aardigheidje voor op de camping, in een hotel of op het strand. Binnen een uur veranderde de toon van de communicatie op het werk echter totaal: van ‘leuke attentie’ en ‘hiermee kunnen we ons onderscheiden’ tot ‘moeten we de badge nu verplicht dragen?’ en ‘ik ben toch geen hondje’. Natuurlijk is communicatie belangrijk, maar nemen we nog wel de tijd om even stil te staan bij wat we zeggen? FF w8en dus.